Sinds mijn academietijd ben ik gefascineerd geweest door de houtsnede. Ik werk vrij intuïtief en snel. Een uitgebreide voorstudie maak ik niet. Ik werk het liefst zo direct mogelijk. Dat houdt het spontaan en krachtig. Ik wist dan ook meteen weer waarom ik op de academie zo gecharmeerd was van het werk van Edvard Munch en de kunstenaars van Die Brücke. Hun houtsneden zijn zo heerlijk direct, spontaan, robuust en krachtig. Het hout doet het werk en niet de gutsen. Het lijkt haast als vanzelf ontstaan. Het doet volledig recht aan het materiaal. Hoe mooi de houtsneden van bijvoorbeeld Dürer ook zijn, toch blijven het voor mij teveel in hout gemaakte tekeningen. Ik houd ervan om van het materiaal uit te gaan. Het hout stuurt, niet mijn ontwerp. Dit ontwerp kan tijdens het gutsen dan ook behoorlijk veranderen.
De houtsnede beschouwde ik altijd bij uitstek als een zwart-wittechniek. Als ik kleur gebruikte was dat minimaal. Het gebruik ervan moest passen in het zojuist geschetste proces. In de reductietechniek wist ik die spontane intuïtieve manier van werken echter ook met kleur te vinden.
De houtsnede is een kunstvorm waarbij de tekening uit een plaat hout gesneden wordt. Bij het inrollen met inkt komt die inkt op de houtplaat, behalve op de weggesneden delen. Zo kun je vervolgens de tekening op een vel papier afdrukken (wel in spiegelbeeld…) We noemen dit daarom hoogdruk; alleen de hoge delen die niet zijn weggesneden geven een afdruk.
Met telkens opnieuw inkt aanbrengen kun je meerdere afdrukken maken. Dat heet dan een oplage.
Ik maak ter plekke schetsen en foto’s. Digitaal leg ik die twee transparant over elkaar heen. Op mijn computer ‘componeer’ ik, ‘teken’ ik bij en ‘gum’ ik weg. Zo maak ik een kleurenplan voor mijn houtsneden.
Voor mijn houtsneden werk ik in de zogenaamde reductietechniek. Voor een kleurenhoutsnede wordt normaal gesproken voor elke kleur een apart houtblok gesneden. Bij de reductiemethode gebruikt de kunstenaar slechts één houtblok voor alle kleuren. Ik druk mijn prenten doorgaans met de lichtste kleur als eerste. De delen die ik eerst heb weggesneden blijven dan wit, de kleur van het onbedrukte papier.
Zaak is wel, dat ik telkens de gehele oplage moet drukken, want na een afdruk is er geen weg meer terug naar een vorige kleur, die is immers weggesneden...
Mijn oplages houd ik bewust klein. Meestal begin ik met tien exemplaren. Bij grotere formaten of werken die uit meer delen bestaan nog minder. Alles gebeurt met de hand. Dat is soms aanleiding tot fouten of vergissingen. Zo kwam het wel eens voor dat ik een geïnkt blok per abuis ondersteboven afdrukte. En soms ga ik wat te ruig te werk waardoor het papier scheurt bij het afdrukken. Er rest mij dan niets anders dan te constateren dat de oplage is gereduceerd tot acht, zeven of nog minder afdrukken….
Na alle drukgangen is het houtblok ‘opgesneden’ en is er dus ook niet een nieuwe oplage mogelijk.
Onder grafici is het goed gebruik om het houtblok te verminken en nog een keer af te drukken. Dit om te laten zien dat er geen tweede oplage gedrukt kan worden. Dat is dus in dit geval niet nodig. U hebt b.v. het enige nummer drie uit een oplage van acht gekocht. Een tweede nummer drie is er op de hele wereld niet.
Ik heb geen (hoog)drukpers. Ik druk af met de hand, dat wil zeggen, met een eenvoudige houten pollepel. Zo heb ik het afdrukken volledig in de hand en kan ter plaatse meer of minder druk uitoefenen.
Ik hou van pasteus geschilderde schilderijen. Je mag de olieverf zien en de sporen van penselen in de verflaag. Ik hou van spontane vegen, vlekken en spetters. Het is vaak het eerste dat ik zie in een schilderij. Pas in tweede instantie zie ik een eventuele voorstelling. Het moment dat al die abstracte vormen ineens een concreet beeld gaan vormen fascineert me.
In mijn houtsneden maak ik dan ook gebruik van ‘korte’ (= dikke) inkt op oliebasis. De verschillende drukgangen sluiten niet altijd passend over elkaar heen. Ik hou van de sporen van het snijwerk dat nog net een beetje inkt heeft gepakt en dus een ‘vlek’ in de afdruk laat zien. Dat houdt het geheel levendig en spontaan.
Ook ontstaat er na al die kleurlagen over elkaar heen een bijna ‘geschilderde’ huid vergelijkbaar met olieverf. Zo heb ik ook steeds meer de neiging om mijn werk zonder glas in te lijsten. Vooral de houtsneden die uit meer panelen bestaan laat ik vaak zo inlijsten.
HTML Website Generator